|
||||||||
|
Emmett Goods (Pittsburg, V.S.) is trombonist en assistent professor muziek aan de University of Rhode Island. Al meer dan 25 jaar speelt hij aan de East Coast, hij werkte met jazz grootheden als Billy Taylor, Eddie Harris, Louie Bellson en Wycliff Gordon en met soulsterren als The Four Tops, Aretha Franklin en Gladys Knight. Hij komt uit een muzikale familie, zijn grootvader was de beroemde drummer J.C. Moses die speelde met onder meer Eric Dolphy, Archie Shepp en Bud Powell. Op het album horen we behalve Goods op trombone nog Haneef Nelson op trompet en flugelhorn, Nathan Edwards op tenorsaxofoon, Andrew Wilcox op piano, Richie Goods ( broer van Emmett) op el. bas en contrabas, Mark Whitfield Jr. op drums en Atla Dechamplain vocaal op “Sweet Dreams” en Shedrick Mitchell op orgel in “Goods Brothers”. Dit album is in mijn optiek eigenlijk een verademing in de stroom releases, staight-ahead jazz met veel bluesy accenten, funky grooves en prachtige ballads en geen elektronische gadgets en andere links naar pop muziek, het zal te maken hebben met mijn leeftijd dat ik een aversie heb tegen deze modieuze uitingen in de jazz. Wat mij betreft dus volop genieten van dit album, het gebeurt overigens niet zo vaak dat een jazz album wordt geleid door een trombonist. J J. Johnson introduceerde de bop muziek op zijn trombone en Ray Anderson bewoog zich tussen avant-garde en blues en zo zijn er nog wel wat voorbeelden maar het zijn toch schaarse uitzonderingen, hulde daarom voor deze uitgave van Goods waarvan ik overigens nog nooit had gehoord. Jammer eigenlijk na beluistering van deze cd (zijn eerste ? , ik vond geen andere). Het album begint met een goed in het gehoor liggende blues “Bennett Street Blues”, één van de 9 uitstekende composities van Goods, met zo’n naam kan het ook eigenlijk niet anders. We horen prima solo’s van Nelson, Edwards en Emmett. De vaart blijft erin met het enorm swingende “Major Changes” voort gestuwd door de bas van Richie en de drums van Mark, heerlijke muziek. In “Sweet dreams” horen we een prima vocale bijdrage van Atla en fraaie solo’s van Wilcox en Emmett die niet alleen de muziek componeerde maar ook de tekst schreef. Het nummer “Goods Brothers” behoort tot een van de onbetwiste hoogtepunten op het album, broer Richie zorgt voor een stuwend ritme en broer Emmett blaast de sterren van de hemel met vette orgelklanken als toefje op de taart, super. Ook heerlijk in het oor liggend is het funky “Triedstone” met een aanstekelijke melodie die de luisteraar onmiddellijk mee laat neuriën. Behalve een begenadigd muzikant is Emmett ook een bijzondere componist, al zijn nummers zitten uitermate doorwrocht in elkaar, zo ook met het lichtvoetige en soepel swingende “West Indian Queen”. In de ballad “Fait hand Love” weet Emmett te ontroeren met fraaie solo met demper en ook Wilcox excelleert met teder pianospel. “Blues for the enslaved” is de indrukwekkende afsluiter van dit verrassende album met louter top muzikanten en een geslaagde kennismaking met Emmett Goods die zijn achternaam meer dan waar maakt. Emmett is of the great black American musical legacy and his commitment to seeing that legacy endure and evolve is apparent in the music contained in this recording, aldus de hoestekst en daar kan ik mij volledig bij aansluiten. Jan van Leersum.
|